Als het zachte suizen van de wind

paardebloemIn het Bijbelboek 1 Koningen heeft de profeet Elia zich teruggetrokken in de woestijn bij de berg Horeb (1 Kon.19). De profeet is dan aan het eind van zijn Latijn. Mensen hebben het op zijn leven voorzien. Hij weet niet hoe hij zijn roeping als profeet nog verder gestalte moet geven. Hij gaat een grot binnen om daar te slapen. Op dat moment spreekt God hem aan: ´Elia, wat doe je hier?’ Elia vertelt zijn hele verhaal. Dan zegt God: ´Elia, kom naar buiten.´ Een storm raast langs de grot, maar in de storm is God niet. Een aardbeving doet de grond onder Elia´s voeten trillen, maar in de aardbeving is God niet. Dan is er plotseling een vuur, maar in het vuur is God niet. Daarna hoort Elia het zachte suizen van de wind; hij komt naar buiten en slaat zijn jas om zich heen, omdat hij beseft dat God dichtbij is. Elia legt al zijn vragen voor aan God en God wijst hem de weg uit deze impasse.

Soms kunnen wij in ons leven ook in een impasse komen. Een groot verlies kan ons leven op zijn grondvesten doen schudden. Verwachtingen die we hadden ten aanzien van werk of ten aanzien van de toekomst van onze kinderen kunnen niet uitkomen. Teleurstelling in andere mensen kan ons diep raken. We kunnen ons dan herkennen in het verhaal over Elia. Het kan troosten te weten, dat God juist ook in de impasse in ons leven nabij is, en wil weten hoe het met ons gaat. Het kan troosten dat Hij ons niet loslaat, net zoals hij Elia niet loslaat.

In deze Corona-tijd staan mensen voor grote uitdagingen: veel mensen werden teruggeworpen op zichzelf, hun partner of hun gezin. Dat je je naasten niet kon helpen, omdat zij in een verpleeghuis wonen, of omdat ze een kwetsbare gezondheid hebben, het kan zwaar op je wegen. Zoals God zorgt voor Elia in de crisis, zo mogen we geloven, dat God ook vandaag zorgt voor mensen, voor onze dierbaren, voor elk van ons. Teder als het zachte suizen van de wind is Hij nabij. Niet om met brute kracht ons leven om te gooien, maar om met zachte en tedere liefde ons te dragen en de goede richting te wijzen.

Ds. Rosemarie van der Hucht